27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Ook binnen het rijksschooltoezicht werd een meer gedemocratiseerde<br />

houding verlangd. Inspecteur M. Pool merkte in 1986 op, dat er "teveel van<br />

bovenaf geregeld" (INT 1986.6.7, 1) werd. Hij doelde daarbij op het aantal lei-<br />

dinggevende functionarissen, dat met voorschriften veelvuldig van zich liet<br />

horen. Er zou meer overgelaten moeten worden aan de veldinspecteurs die op<br />

hun manier met het onderwijzende personeel van hun inspectiegebied tot<br />

overeenstemming kwamen omtrent de voortgang van het onderwijs.<br />

Deze wens tot verandering in de structuur van het rijksschooltoezicht<br />

stemde overeen met de maatschappelijke wensen van inspraak vanuit de basis,<br />

de bevolking. Er ontstonden in de jaren zestig van de twintigste eeuw amateu-<br />

ristische actiegroepen die zich in buitenparlementair optreden verzetten tegen<br />

wat genoemd werd de regentenmentaliteit van beroepsbestuurders. Noch de<br />

politicus, noch de deskundige kon het laatste woord spreken over maatschap-<br />

pelijke aangelegenheden. Democratie impliceerde de participatie van de inwo-<br />

ners van Nederland. Het individu moest bij maatschappelijke besluitvormings-<br />

processen betrokken zijn. De vigerende structuur en inhoud van het rijks-<br />

schooltoezicht werd in dit verband niet meer passend geacht. Plaatsvervangend<br />

inspecteur-generaal van het onderwijs Liket stelde in 1986, dat het rijks-<br />

schooltoezicht "een veel af stand el ijker en onafhankelijker rol" zou moeten ver-<br />

vullen. In navolging van een Angelsaksische opvatting over de inspectie was er,<br />

<strong>naar</strong> zijn opvatting, voor het Nederlandse rijksschooltoezicht "no power, but<br />

influence" (INT 1986.6.7, 6) weggelegd. De verantwoordelijkheid voor het<br />

onderwijs lag bij de onderwijsinstellingen, een sturende inspecteur was niet<br />

meer op zijn plaats. Het rijksschooltoezicht diende slechts de uitvoering van de<br />

door de school zelf gestelde normen te bewaken en de uitvoering van deze nor-<br />

men te toetsen aan wettelijke voorschriften. De inspectie diende op afstand<br />

deel te nemen "in de functie van beoordelaar", "vanuit de kennis van de prak-<br />

tijk" waarderend "wat bruikbaar is in de school" (AOeWe 150.2, Algemeen,<br />

Vergadering Onderwijsinspectie kleuter- en lager onderwijs rayon Ilia, 1983).<br />

De school had geen behoefte aan formele gezagsdragers, hooguit aan informe-<br />

le adviseurs, een rol die de veldinspecteurs met hun kennis van zaken alleszins<br />

zouden kunnen vervullen.<br />

De gevestigde orde van de Nederlandse samenleving werd in die dagen<br />

niet meer geaccepteerd. Op ludieke, maar ook op agressieve wijze werden<br />

pogingen ondernomen andere maatschappelijk-sociale structuren en inhouden<br />

637

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!