27.09.2013 Views

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

"Een speurtocht naar samenhang" - Onderwijserfgoed

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

collectiviteit in opvattingen en een uniformiteit in inspectorale handelingen.<br />

Beide zouden afbreuk doen aan de onafhankelijkheid en zelfstandigheid van<br />

de afzonderlijke sectoren van het rijksschooltoezicht en vooral van zijn inspec-<br />

teurs. ledere rijksschooltoezichthouder had zijn eigen inspectiegebied met<br />

scholen en hun onderwijs die hem in de loop van de jaren door en door<br />

bekend waren geworden. Het was zijn territorium van schooltoezicht.<br />

Ondanks het verzet van sommige leden van het rijksschooltoezicht van<br />

het vo tegen een hierarchische ordening van de inspectie, werd door de<br />

Tweede Kamer een vervolg op een eenheid van het rijksschooltoezicht bepleit.<br />

De Tweede Kamer sprak in 1964 het verlangen uit <strong>naar</strong> een overzichtelijke en<br />

samenhangende organisatie van het rijksschooltoezicht. Het Tweede-Kamerlid<br />

en oud-hoofdinspecteur van het lo C. Kleiwegt bepleitte een hierarchische<br />

organisatiestructuur van het rijksschooltoezicht. In dit verband wees het<br />

Tweede-Kamerlid tevens het gebruik van verschillende aanduidingen voor de<br />

functie van rijksschooltoezichthouder af. "Bij de ene sector zijn er hoofdin-<br />

specteurs, inspecteurs, adjunct-inspecteurs", klaagde Kleijwegt, bij "de andere<br />

sector zijn er coordinerende inspecteurs en consulenten". <strong>Een</strong> eenheid van<br />

organisatie vroeg om een eenheid in functieaanduidingen.<br />

Het antwoord van de staatssecretaris van onderwijs J.H. Grosheide in<br />

1964 liet aan duidelijkheid niets te wensen over. Hoewel er nog geen struc-<br />

tuurplan voorlag, verwachtte hij dat er uiteindelijk drie inspecties gepresenteerd<br />

zouden kunnen worden onder leiding van een inspecteur-generaal van het<br />

onderwijs. Er werd gedacht aan "een inspectie voor het kleuteronderwijs, een<br />

inspectie voor het basisonderwijs en een inspectie voor het voortgezet onder-<br />

wijs" met voor de laatstgenoemde "een sectie voorbereidend wetenschappelijk<br />

onderwijs en h.a.v.o., een sectie m.a.v.o. plus h.a.v.o. (voor zover het h.a.v.o.<br />

betreft, dat verbonden is aan m.a.v.o-scholen, om zoveel mogelijk te voorko-<br />

men dat een school met meer dan een inspecteur te maken heeft), een sectie<br />

technisch onderwijs, een sectie lerarenopleiding en eventueel daarbij aanslui-<br />

tend de onderwijzersopleiding" (HTK 1964-1965, 18 november 1964, C 585).<br />

Enkele jaren later - in 1968 - sprak minister van onderwijs G.H. Veringa zich, als<br />

vervolg op de opvattingen van staatssecretaris Grosheide uit 1964, evenzeer uit<br />

voor een hierarchische opbouw van het rijksschooltoezicht. Het toezicht diende<br />

te bestaan uit een inspecteur-generaal van het onderwijs als leidinggevende<br />

functionaris met inspecteurs als werkers in het veld die scholen bezochten (HTK<br />

606

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!